Veel ondernemers en leidinggevenden vinden het beoordelen van een medewerker een vervelend onderdeel van hun werk. Dit komt onder andere door de afstand die er tijdens de beoordeling ontstaat. Jij bent de beoordelaar, de baas, en de medewerker is de veroordeelde. Nou ja, zo kan het in ieder geval overkomen terwijl je dat niet wilt.
Ik ben een voorstander van beoordelingsgesprekken en in mijn ogen mag je dit niet uit de weg gaan. Het is jouw bedrijf of afdeling en dus ook jouw verantwoordelijkheid om te zorgen dat een medewerker waarde toevoegt. Daar moet je dus een oordeel over vormen. Gelukkig kan dit wel op een verbindende manier.
Verbinding realiseren
Eén van de dingen die je kunt doen om verbinding te realiseren in een beoordelingsgesprek is voorkomen dat je in de valkuil van het ouder-kind patroon stapt. Helaas belanden wij allemaal nog regelmatig in het ouder-kind patroon, ook al zijn we volwassen. In de ouderrol ben je beschermend, controlerend of kritisch. Vanuit de kindrol wordt daar vaak onverantwoordelijk, emotioneel of rebels gereageerd. Zo ontstaat er een wisselwerking die de afstand vergroot en meestal gedoe oplevert.
We kennen allemaal het volgende voorbeeld wel. Een kind wil een snoepje en de ouder zegt dat het niet mag. Het ene kind loopt stampvoetend weg, het andere kind zeurt net zo lang totdat de ouder het zo zat is en het snoepje geeft. Weer een ander kind loopt weg om later toch stiekem dat snoepje te pakken. En natuurlijk heb je ook dat ene brave kind dat luistert naar de ouder in de hoop op goedkeuring.
Hoe vervelend is het wanneer dit gebeurt in je bedrijf. Een medewerker vraagt om een loonsverhoging en omdat je niet wilt dat de medewerker vertrekt, ken je deze toe. Dit vergroot echter de kans dat een andere medewerker ook een verhoging wil want het voelt niet eerlijk dat een collega het ‘snoepje’ wel krijgt en jij niet. En wat doe je met de medewerker die nergens om vraagt? Moet je die nu ook belonen om geen stiefkinderen te maken?
Vanuit volwassenheid communiceren
Dit soort gedoe wil je voorkomen. En dat kan door je bewust te zijn van je volwassenrol. Wanneer je handelt vanuit een volwassen houding dan ben je meer in het hier en nu. Je luistert goed, staat open voor gevoelens en ideeën en bent beter in staat om risico’s en gevolgen te overzien. Je hebt helder waar jij verantwoordelijk voor bent en wat je van de medewerker mag verwachten. Je bent ook zo verstandig om een goede beoordelingssystematiek in te voeren waardoor iedereen weet wat de kaders zijn.
Komt een medewerker met een vraag en heb je het antwoord niet gelijk helder. Dan neem je vanuit de volwassen houding de tijd om tot een goed antwoord te komen. Je laat je niet onder druk zetten en bent ook niet beschermend, controlerend of kritisch. Je zorgt voor de juiste informatie, analyseert de situatie en bent duidelijk en open in je communicatie. Daardoor nodig je de medewerker uit om ook een volwassen houding aan te nemen. Op die manier is beoordelen minder lastig en werkt het juist verbindend.